Om de gewenste kleur te verkrijgen, zal een schilder diverse kleuren uit de tubes met elkaar mengen. Olieverf is eenvoudig mengbaar. Traditioneel gebeurt dit op een palet, een dunne houten plank met een ovale ("niervormige") of rechthoekige vorm en een gat erin voor de duim. Voor het mengen zal de schilder zijn kwast gebruiken, of een paletmes. Bij tubeverf hebben de verschillende pigmenten ongeveer dezelfde consistentie doordat de fabrikant een bepaalde hoeveelheid vulstof varieert; dit vergemakkelijkt het verwerken. Bij de goedkopere "studieverven" willen die vulmiddelen wel eens een groot deel van de verfmassa vormen. Verven van verschillende fabrikanten kunnen zonder bezwaar met elkaar vermengd worden. Door de langzame droging van olieverf willen sommige pigmenten nog wel eens chemische reacties met elkaar aangaan, wat tot latere verkleuringen leidt. Een ander negatief effect is dat door menging met wit de lichtechtheid sterk verslechtert: de witte pigmentkorrels weerkaatsen te veel licht.